Twee pionnen nekken De Pion 3
In Oosterhout heerste lange tijd een sombere stemming. “Jullie hadden toch zo’n mooie beker?”, werd er regelmatig gevraagd. “Ja, die hadden we”, was dan het antwoord. “Maar daar is De Pion nu mee vandoor.” De beker werd gemist. De ereplek, die was gereserveerd voor die prachtige beker stond er kaal en verlaten bij. Wat een treurige aanblik… Een poging om de beker te heroveren strandde een paar weken geleden op een haar na. Maar er was een herkansing..
Alles werd op alles gezet. In de eerste ronde trad D4 2 aan met een wat mindere bezetting tegen De Drie Torens 3 om De Pion zand in de ogen de strooien. Het lukte. Bij De Pion 3 dachten ze dat ze D4 2 wel konden hebben. Makkie, zo te zien. Maar daar vergisten de Pionezen zich lelijk in. Want D4 2 kwam met een sterk achttal naar Roosendaal. Voor veel geld werd uit Enschede zelfs Wouter Jans aangetrokken, die de spelers van De Pion bovendien door en door kent. Oud-speler van De Pion, afkomstig uit de jeugd van Eeuwig Schaak en zijn eerste schaaklessen nog gekregen van Cor Lazeroms. Nou ja, eigenlijk is Wouter Jans verhuisd naar Oosterhout en heeft hij zich zelf aangemeld bij D4, maar goed, daar gaat het niet om. Het is in ieder geval een flinke versterking voor de Oosterhouters en dat bleek ook wel.
Het was spannend op alle borden. Op maar liefst 5 borden had dat een remise tot gevolg. In 4 gevallen omdat geen van de spelers beslissend voordeel wist te krijgen. In één geval omdat een speler dacht geen beslissend voordeel te kunnen krijgen. Patrick Heijnen viel in op het 7e bord, kreeg een lastige partij voor de kiezen, waarbij zijn koning stevig onder vuur kwam te liggen, maar verdedigde zich uitstekend en wikkelde af naar een gelijkwaardig eindspel. Zijn tegenstander wist de oppositie te krijgen, maar kwam er niet door en bood remise aan. Kwam er niet door? De koning had eenvoudig de stelling binnen kunnen wandelen en Patricks pionnen eraf kunnen slaan, maar gelukkig voor Patrick zag hij dat over het hoofd, waardoor Patrick een uitstekende invalbeurt wist te bekronen met een half punt.
Op 3 borden ging het mis voor De Pion. Het verhaal van Henk Alberts tegen Wouter Jans en dat van mij tegen Pieter Sandijck leek wel op elkaar. Beiden wisten we ons aardig stand te houden tegen een sterke tegenstander, maar konden niet voorkomen dat we een pionnetje verloren en dat nekte ons in het eindspel. Twee pionnetjes, dat was feitelijk het verschil tussen D4 2 en De Pion 3. Twee pionnetjes, die ons de beker en de matchpunten kostten.
Op het 3e bord waar het mis ging, ging het niet mis. Ad Bruijns moest de kwaliteit geven om erger te voorkomen en probeerde een middag lang remise te keepen in een in principe verloren stelling. Hij deed dat door de stelling op slot proberen te houden, zijn tegenstander (Frans van Gils) wist de boel toch open te breken en toen leek het eind nabij voor Ad. Maar de partij kende een verrassend slot. Ad drong met dame en toren de stelling binnen en zette zijn tegenstander mat. De match was al verloren, maar Ad had met zijn Houdini-act de eer gered en liep de rest van de dag met een big smile rond. Dat doet Ad sowieso al, maar nu was de smile wat bigger dan anders.
En D4 heeft de beker terug. Die zal een prachtig plekje krijgen in de speelzaal van D4, waar iedereen de beker met uitpuilende ogen kan bewonderen en zich af kan vragen hoe zoiets wondermoois in de wereld is gekomen. Ze hebben in ieder geval beloofd het ding niet, zoals de vorige keer, te dumpen in een vuilnisbak in de bosjes…
De Pion 3 – D4 2 3½ – 4½
Ad Bruijns (1681) – Frans van Gils (1781) 1 – 0
Imad Abou Dehn (1745) – Arie van Heeren (1803) ½ – ½
Henk Alberts (1662) – Wouter Jans (1825) 0 – 1
Bas Robben (1549) – Erik Boom (1733) ½ – ½
Kees van Hogeloon (1536) – Pieter Sandijck (1723) 0 – 1
Mark Mathon (1536) – Jolanda van de Ven (1632) ½ – ½
Patrick Heijnen (1297) – Frans Hulsker (1414) ½ – ½
Jan Rijkse (1539) – Wim Maanders (1453) ½ – ½