Mannêh zetten tanden in Terneuzen
In Terneuzen wisten de Mannêh tegen de verwachting in een nipte zege weg te slepen. Alhoewel, onverwacht. Eén van de meer optimistische Mannêh voorspelde een 2 – 6 zegen, pardon zege, echter zonder duidelijke opgaaf van redenen.
Het begon goed. Paul rolde zijn tegenstander geruisloos op. Benny had een stap 2 truuk die een toren won, maar Carlo verloor helaas redelijk kansloos. Toch 2 – 1 voor.
Peter had een goede stelling, maar toen zijn profylactische Kh1 beantwoord werd met het al even profylactische Kh8 stond hij ineens slecht. Tegenstander Matthieu Freeke maakte het strak af. De andere partijen werden in tijdnood beslist.
Ngo Hin sloeg remise af in een voor hem duidelijk betere stelling. Daarna speelde hij het echter niet heel handig verder waardoor zijn voordeel verdween. In tijdnood greep zijn tegenstander gelukkig behoorlijk mis, waardoor Ngo Hin toch nog kon winnen. Tons tegenstander speelde het Cochrangambiet en naarmate de partij vorderde, werd alles steeds onduidelijker. Ton moest met zijn koning naar voren, maar beide spelers noch het publiek vonden het mat. Herr Doctor Fritz wird später abschlützel geben. In een flinke tijdnoodscramble deed Ton het echter beter dan zijn tegenstander en scoorde het vierde bordpunt.
De eer viel mij te beurt om de vier en een half te scoren. In een sveshnikov waarin ik een pion kwijtraakte maar wel rommelkansen kreeg, zag ik een winnend torenoffer. Er zal alleen een loopholletje in de berekening (waar Schwarzenegger zijn Hummer doorheen zou sturen) maar het gedeelte met de eeuwig schaak waar ik op terug kon vallen, klopte gelukkig wel.
Marloes speelde een ongelukkige partij. Ze had al twee keer remise afgeslagen, maar in tijdnood ging het mis. Terwijl de overige Manneh al aan het bier stonden, kocht Marloes achter het bord nog wat tijd om het aankomende verlies te verwerken.
4½ – 3½! Een mooie opsteker in wat een heel zwaar seizoen zal worden.
Het Tweede (1955) – Terneuzen (1999) 4½ – 3½
Peter Kuijpers (2089) – Matthieu Freeke (2303) 0 – 1
Carlo Rens (2012) – Jan Breukelman (2143) 0 – 1
Paul Kuijpers (2005) – Gosse Kamminga (1908) 1 – 0
Eric van Loon (1906) – Quinten Ducarmon (2102) ½ – ½
Marloes Peeters (1931) – Jordi Gernaert (2002) 0 – 1
Benny Onrust (1930) – Albert-Jan Breukelman (1926) 1 – 0
Ngo Hin Cheng (1802) – Danièl Lansay (1909) 1 – 0
Ton van der Werf (1967) – Kees Freeke (1698) 1 – 0