Kansloos onderuit tegen Rijswijk
Met afmeldingen uit de Verenigde Staten (Ngo Hin Cheng), Nieuw-Zeeland (Marloes Peeters) en Roosendaal (Ivo Kok) moest er de laatste paar dagen voor de externe nog flink wat geregeld worden. Ton van der Werf en Koen Riemens kwamen daardoor voor in de beginopstelling, maar konden geen potten breken.
Alik Tikranian kreeg met zwart op het tweede bord de Nimzowitsch variant van het Russisch op het bord. De paarden werden vrij snel op d4 geruild, waarbij de dubbel-pion van wit verdween. Een remise aanbod van de tegenstander, Michael van Liempt (2032), werd gedecideerd afgewezen. De activiteit van de witte stukken werd echter alleen maar verbeterd en met een welgeplaatst loperoffer op g7, was het eerste bord-punt na nog een paar nauwkeurige zetten van beide kanten voor Rijswijk.
Op het vierde bord was Jos Kuijpers bezig tegen Alexander Cupido (2074). In een typische Jos-partij bouwde hij hier-en-daar wat trucjes in, maar waren allemaal wat te doorzichtig. Met een ver gevorderde witte pion en een goede samenwerking van de dame en toren, kon Jos alleen nog maar eeuwig schaak proberen te forceren. De manoeuvre met zijn loper en dame zag je van mijlenver aankomen, behalve zijn tegenstander… Een halfje was het resultaat.
Cees Ijzermans kwam op het derde bord niet goed uit de opening, maar met wat aanrommelen en wat zand in de ogen te strooien van zijn tegenstander, leek het tij gekeerd te zijn. Alleen Cees had een dame zet over het hoofd gezien en de stukken konden weer snel in het doosje.
Van de partij van Ted van Eck heb ik niet veel meegekregen. Het zag er heel de tijd naar uit dat hij goede aanvalskansen had, maar toen ik wilde kijken bleek de partij in remise geëindigd te zijn.
Benny Onrust had tegen Alfonso Gallardo Banez (1923) een voordeel vanuit de opening, maar kon dit voordeel niet concretiseren. Toen bijna alle stukken van het bord af waren, bleek het voordeel verdwenen te zijn en kon niets anders dan remise overeen te komen.
Op het zevende bord was invaller Koen Riemens met de witte stukken aan de slag gegaan. Bij de drionezen heeft Koen dit seizoen 3 uit 3 en een TPR van 2110. Deze partij was dan ook een uitgelezen mogelijkheid om te snuffelen aan de competitie waar de drionezen mogelijk volgend seizoen in uit zullen komen. Een pion offer in de opening leverde Koen wel wat activiteit op, maar echt gevaarlijk werd het allemaal niet. In de KNSB blijven ze gewoon rustig schaken en het voordeel werd uiteindelijk door Jelle Bulthuis (1840) uitgebouwd naar twee pionnen en in winst.
Ondergetekende mocht ook invallen en kwam, net als Alik, in de Nimzowitsch variant van het Russisch. De dubbelpion bleef op het bord en ik kon mijn paard ruilen voor één van de witte lopers. Een prima uitgangspositie voor zwart, echter waren de aanknopingspunten voor een aanval voor Roel Leezer (2021) concreter en toen ik h6 toeliet en uiteindelijk ook nog c6 speelde, viel de stelling in tijdnood uitelkaar.
Als laatste was Paul Kuijpers nog bezig tegen hun kopman, Frans Hoynck van Papendrecht (2099). De Franse opening wist Paul met de witte stukken goed te mishandelen en stond ogenschijnlijk verloren. Paul ging ‘va banque’ en kreeg behoorlijk goed spel. Toen zijn tegenstander dacht af te ruilen naar een gewonnen eindspel, bleek dit toch niet het geval te zijn. Met een eindspel met beide een toren en ongelijke lopers, was de einduitslag nog remise.
Een tegenvallend resultaat, waarbij wij geen enkel uitzicht hebben gehad op überhaupt één matchpunt.
Rijswijk (1984) – De Pion 2 (1963) 6 – 2
1. Frans Hoynck van Papendrecht (2099) Paul Kuijpers (2090) ½ – ½
2. Michael van Liempt (2032) Alik Tikranian (2025) 1 – 0
3. Bas van der Berg (1982) Cees IJzermans (2044) 1 – 0
4. Alexander Cupido (2074) Jos Kuijpers (2061) ½ – ½
5. Alfonso Gallardo Banez (1923) Benny Onrust (1988) ½ – ½
6. Roel Leezer (2021) Ton van der Werf (1851) 1 – 0
7. Jelle Bulthuis (1840) Koen Riemens (1732) 1 – 0
8. Tony Goudriaan (1901) Ted van Eck (1912) ½ – ½
Voor het verslag van Rijswijk: http://schakeninrijswijk.nl/