HSC (Helmond) – De Pion I 3,5-4,5 ; alweer de volle winst
Het eerste team van De Pion verkeert dit seizoen in een harmonische trilling. Voor de vierde keer werd gewonnen met 4 ½ – 3 ½ .
De wedstrijd in Helmond tegen HSC was een ware thriller.
Het begon vredelievend: op bord 7 speelden de teamleiders Charles Kuijpers en Hugo Faber remise na een weinig opwindende partij waarin wit steeds iets beter stond.
Stefan Colijn speelde op het eerste bord een uitstekende partij. In een slap ogende maar venijnige Franse variant bracht hij Ruben Venis in het nauw, bezorgde hem positionele averij en won het toreneindspel overtuigend.
Daarna was het snel gelijk. Ludo Tolhuizen op bord 2 werd snel en hardhandig opgebracht door Bart Dekker. Ludo overzag een dreiging die de dame kostte, precies op het moment dat hij de witte dame dacht te vangen.
Rogier van Loon met zwart op bord 8 kreeg vanuit het Benkö-gambiet de daarbij behorende ideaalstelling. Zijn tegenstander Marco de Waard kon echter een zetherhaling produceren die Rogier op advies van de teamleider niet uit de weg ging. Remise dus.
Op bord 3 speelde Robert Schuermans zoals altijd een hyperscherpe partij. Hij offerde een kwaliteit waarmee hij de zwarte koning in het centrum zwaar onder druk zette. Tegenstander Frans Janssen verdedigde inventief en bracht de balans met actief tegenspel terug in de partij.
Sebastiaan Smits en Andy Baert waren in een loopgravengevecht verwikkeld. Na 17 zetten was er nog niets geslagen. Andy leek spel op de damevleugel te hebben waartegenover Sebastiaan een gevaarlijk uitziende actie op de koningsvleugel inzette. Toen de kruitdampen waren opgetrokken en Andy ogenschijnlijk langs afgronden was gegaan, resteerde een gewonnen eindspel voor Andy. De stand was dus 2 ½ – 3 ½ .
Pim Eerens stond de hele middag goed en ook Peter Dankers kreeg na moeilijk te hebben gestaan, een overwegende stelling. Tòch werd het nog spannend.
Maarten Smit bleef zich in het verre eindspel met een stuk minder slim verdedigen en wist het eindspel van koning tegen koning, loper en paard te bereiken. Pim had de schone taak de matvoering binnen vijftig zetten aan de vele toeschouwers te laten zien. Hij slaagde daar voortreffelijk in hoewel hij naar eigen zeggen de theorie ervan niet kende.
Inmiddels had Peter Dankers op bord 6 via een kwaliteitsoffer de stelling omgebogen, doch tegenstander Benjamin Smits had een toevallige ressource die eeuwig schaak kon opleveren. Toen Peter een ongefundeerde winstpoging deed en in het resterende toreneindspel de beste zet verzuimde, restte plotsklaps een verloren stelling.
En zo werd het dus alweer 3 ½ – 4 ½ .
1. Ruben Venis (2267) – Stefan Colijn (2076) 0 – 1
2. Bart Dekker (2167) – Ludo Tolhuizen (2229) 1 – 0
3. Frans Janssen (2211) – Robert Schuermans (2189) ½ – ½
4. Sebastiaan Smits (2128) – Andy Baert (2148) 0 – 1
5. Maarten Smit (2027) – Pim Eerens (2098) 0 – 1
6. Benjamin Smits (1957) – Peter Dankers (2120) 1 – 0
7. Hugo Faber (2071) – Charles Kuijpers (1982) ½ – ½
8. Marco de Waard (2023) – Rogier van Loon (2033) ½ – ½