De Pion 4 – RSG
Gisteren (1 november 2008) heeft De Pion 4 in een onvervalste stadsderby tegen RSG met een overwinning van 5 – 3 haar extern debuut gemaakt in klasse 2A van de NBSB competitie. De opstelling van de Pion 4 zag er in bordvolgorde als volgt uit: Erik-Jan Colijn, Cees IJzermans, Henk van Weersel, Ivo Kok, Emile Broeders, Sander le Sage, Ger IJzermans en Frank Lambregts. De teamrating bedraagt met deze opstelling bijna 100 ratingpunten minder dan de teamrating van RSG. De verwachting was om die reden gematigd.
Doordat het management van De Pion 4 dit keer zelf heeft meegedaan heb ik uiteraard van de partijen om mij heen, behalve wat sfeer happen, niet bijster veel kunnen volgen. Erik-Jan (1956) speelde met zwart op bord 1 tegen Bo de Veth (1890). Een partij waar ik niet al te veel over wil zeggen! Bo kwam, zag en overwon! De Pion 4 keek binnen no-time tegen een achterstand aan. Nu zou het dus ook aankomen op veerkracht. Ivo speelde met wit op bord 4 tegen Christ de Veth (1651). Elke keer dat ik even in de gelegenheid was een blik te werpen op zijn bord werd het steeds duidelijker dat Christ geen schijn van kans had en uiteindelijk bakzeil moest halen. Ivo, in bloedvorm, schaakte voor zover ik kon overzien weer eens lekker agressief. De tussenstand kwam daardoor in rap tempo op: 1 – 1. Over veerkracht gesproken!
Op bord 3 speelde Henk (1619) met zwart tegen Frank Rockx (1689). Ondanks een pion achter in de opening, waarvan mij niet duidelijk was of dat nou echt de bedoeling was, veegde Henk uiteindelijk zeer gedecideerd zijn opponent van het bord. Een knappe overwinning! Henk voorkomt daarmee dat RSG niet opnieuw uit kan lopen. Tussenstand: 2 – 1. RSG komt van lieverlee onder druk te staan. Eens kijken hoe het met de veerkracht RSG is gesteld. Henk gaf de rest van de match al zijn steun aan de dan nog spelende ploeggenoten. Hij doet dat met een bevlogenheid die door het team enorm geapprecieerd wordt. Emile (1558) speelde op bord 5 met zwart tegen Peter Boenders (1763).Na lang schuiven, schuiven en nog eens schuiven verovert Emile in een iets mindere stelling de toren van zijn opponent. Hierdoor kantelt de partij in het voordeel van Emile met als gevolg dat zijn opponent de “pijp aan Maarten” gaf. Tussenstand: 3 – 1.
Frank (1418) speelde op bord 8 met wit tegen Pierre Hellemons (1671). Hij kon als vaste pinchhitter op het laatste bord dit keer zijn reputatie niet waar maken. Overigens is een verschil van ruim 250 ratingpunten slechts incidenteel overbrugbaar. Dit keer zat dat er gewoon niet in! Tussenstand: 3 – 2. Inmiddels begint de zaal zich te vullen met een enorme angstlucht. Ondanks de getoonde veerkracht van RSG op bord 8 staan alle resterende borden op winst voor De Pion. Op bord 7 speelde het management van De Pion 4 met zwart tegen Pieter de Nijs. Ondanks pionwinst een mislukte Pirc. Overleven in het middenspel lukte voornamelijk door tekortkomingen van mijn opponent. In het eindspel kreeg ik met tactisch goed spel de bovenhand en kon de winst mij uiteindelijk niet meer ontglippen. Met onafwendbaar mat in het voorzicht reikte mijn opponent beleefd zijn hand. Inwendig voel ik de euforie. Voor het eerst in mijn leven scoor ik immers extern voor De Pion een matchpunt. Tussenstand: 4 – 2.
Nu zijn alleen Cees en Sander nog bezig. Cees (1785) speelde op bord 2 met wit tegen Johan Goorden (1787). Zijn opponent offerde in het eindspel listig zijn toren. Hierdoor ontstaat een eindspel met loper en paard tegen een kale koning. Ik heb bij De Pion op vrijdagavond al eens gezien dat dat mat in 25 of zoiets is. Uiteraard gaat het hier over het samenwerken van de stukken. Helaas ontbeert het Cees aan een gedegen eindspelstudie met loper en paard. Er blijft zodoende gelukkig altijd over om te leren! Tussenstand: 4½ – 2½. Tussentijds is een groot deel van RSG reeds vertrokken! In ieder geval zijn de eerste matchpunten van dit neuwe seizoen een feit. Sander (1600) tenslotte speelde met wit tegen Rico Gomis (1581) erg vastberaden. Bereikte een gewonnen stelling maar wist deze niet te verzilveren. Uiteindelijk accepteerde hij na bijna 5 uur spelen het remiseaanbod van zijn opponent. Eindstand: 5 – 3. Ondanks de ogenschijnlijke onoverkomelijkheid van deze twee laatste resultaten heb ik het idee dat RSG met 3 bordpunten toch nog iets te veel heeft gekregen. En de boer…, die ploegt voort! (Uit de Ballade van de boer door W.F. Weremeus Buning (1891 – 1985).