De Pion 4 schwindelt zich naar winst

Hier volgt het wonderbaarlijke, maar waar gebeurde verhaal van het schaakteam De Pion 4 (dat vorig jaar nog De Pion 5 heette, degradeerde uit de 1e klasse, maar promoveerde binnen de eigen club van De Pion 5 naar De Pion 4) in haar match tegen De Raadsheer 3. Waarbij alles mis ging, maar alles ook weer goed kwam.

Een schaakwedstrijd met goede hoop begonnen, maar al snel ontaardend in een hopeloze situatie. Mark Mathon werd op briljante wijze in no time tactisch van het bord getikt door Inge Oostvogels. Kansloos verloren. Ik zaaide het zaad van mijn nederlaag door nog voor mijn eerste zet een blunder te begaan. Ik vertelde Maikel van Ginneken dat ik ook tegen zijn vader gespeeld had en die partij verloren had. Een zoon wil niet voor zijn vader onderdoen; ik had hem dus met mijn ondoordachte opmerking enorm gemotiveerd. Niettemin kwam ik zeer goed uit de opening, waarin ik als een wildeman zijn koning bestormde. Met één zet neutraliseerde hij mijn aanval, hij had het loperpaar tegen ik een toren plus pion. In het woud van pionnen op het bord konden mijn torens niks en zijn lopers alles, hij speelde het bovendien perfect uit en ik kon een nul noteren.
Zo stond het 2-0 voor Raadsheer en intussen stond ook Jacques Smits straal verloren, dus de 3-0 was ook al onderweg. Jan Rijkse bracht een klein beetje hoop terug. Hij won 2 stukken tegen Kees van Erk en won dus simpel. De rest (op Jacques na) was op dat moment nog onduidelijk.
Peter Huijser speelde tegen Rico Gomis. Als je goed speelt tegen Rico Gomis zijn er twee mogelijkheden: Rico gaat door zijn vlag of het wordt remise. Rico ging dit keer niet zijn vlag. Remise dus. Henk Alberts stond de hele partij tegen Mithuss Tharmalingam gelijk en dat veranderde niet. Het toreneindspel wat op het eind op het bord kwam was ook potremise.
Vanaf toen gebeurde er de meest ongelooflijke dingen. Jacques Smits verloor tegen Keijl Goossen al heel vroeg in de partij de kwaliteit en stond als een krant. Maar Jacques knokte zich terug. Hij won de kwaliteit terug, stond wel nog een pion achter, maar wist het eindspel remise te keepen. Poeh! Dat was een half puntje dat we niet verwacht hadden!
Jan van Oosterhout stond de hele partij net iets beter tegen Adrie Domen, maar wist nooit echt een gewonnen stelling te bereiken. Toen de tijdnood een rol ging spelen verspeelde Jan de kwaliteit en leek het pleit in zijn nadeel beslecht. Maar op de 41e zet, net na de tijdcontrole (een berucht moment) ging Adrie Domen alsnog in de fout. Jan gaf schaak met zijn loper en omdat de toren achter zijn loper de ongedekte toren van Adrie aanviel won hij een volle toren terug. Adrie Domen gaf meteen op en zo was het zowaar ineens 3½-3½!
Maar daarmee waren we er nog lang niet. Bas Robben had heel lang gelijk gestaan tegen Iratush Tharmalingam, maar was een pionnetje kwijtgeraakt en leek het lastig te krijgen om het remise te houden. Toen Bas met zijn dame binnenkwam en eeuwig schaak kon geven was dat voor ons een opluchting. De 4-4 leek veilig gesteld. Alleen… Bas gaf geen eeuwig schaak! Wat doet ie nou??? Simpel: Bas had iets beters gezien. Hij kon met zijn dame de pion oppikken en ging ineens voor de winst. Dat Iratush nog maar een paar minuten had om de hele partij uit te spelen hielp daarbij. Wat ook hielp was dat Bas het eindspel beter speelde, doorbrak met een pion en tot ieders vreugde het volle punt en de winst voor De Pion 4 pakte. Ongeloof bij De Raadsheer, die zo alsnog verloren hadden, maar zelfs ook verbazing bij de Pionezen zelf. Hoe is het mogelijk: we hebben dit zowaar nog gewonnen!

Hier de totaaluitslag, waarbij trouwens opvalt dat de ratings van De Raadsheer 3 een stuk lager zijn dan die van De Pion 4. Dat is bedrieglijke schijn. De broertjes Tharmalingam spelen al een stuk sterker dan hun rating aangeeft en nog enkele spelers van De Raadsheer spelen sterker dan hun rating doet vermoeden.

De Pion 4 (1591)    – De Raadsheer 3 (1441)         4½ – 3½

Henk Alberts (1654) – Mithuss Tharalingam (1292) ½ – ½
Bas Robben (1558) – Irathush Tharalingam (1386) 1 – 0
Jan van Oosterhout (1630) – Adrie Domen (1562) 1 – 0
Kees van Hogeloon (1555) – Maikel van Ginneken (1516) 0 – 1
Peter Huijser (1605) – Rico Gomis (1547) ½ – ½
Jacques Smits (1614) – Keijl Goossen (-) ½ – ½
Mark Mathon (1531) – Inge Oostvogels (1516) 0 – 1
Jan Rijkse (1580) – Kees van Erk (1514) 1 – 0

 

Geef een reactie